Naast wisselende spierzwakte hebben mensen met AChR-MG) vaak het meeste last van:
- zakkende oogleden en dubbelzien;
- een gelaatsuitdrukking met weinig mimiek;
- slappe lippen, moeilijk spreken of kauwen en een ‘zwaar’ hoofd;
- zwakte in de armen, moeite met voorwerpen optillen of het haar verzorgen;
- zwakte in de benen waardoor traplopen of opstaan lastiger wordt;
- zwakte in de rug- en nekspieren waardoor het hoofd moeilijker kan worden opgetild.